
Schylge myn Lântse-lezing in de Westerkerk, zondag 22 november, aanvang 14 uur.
Jan Houter en Anne Doedens hebben de geschiedenis van de Nederlandse Waddeneilanden beschreven in hun boek De geschiedenis van de Nederlandse Waddeneilanden, de Waddencanon. Dit boek is in april van dit jaar verschenen en volgt het stramien van de Canon van de Nederlandse Geschiedenis, in 50 vensters of onderwerpen. Van Texel, Vlieland en Terschelling tot Ameland, Schiermonnikoog en Rottumeroog. Tijdens de lezing zullen de elementen van Terschelling van de waddencanon benadrukt worden.
De Waddencanon vertelt over Terschelling van de Brandaris tot het Camper Sandt, van Wexalia tot Schylge, van de oude kerk in Hoorn en Mariëndal tot Stryp, van Noormannen tot geuzen (hulppastoor Jarichs), van Lutine tot West-Aleta etc. etc.
Het water verbond de eilanders. Hun blik was gericht op de Noord-, Zuyder- en Waddenzee, op de Oostzee en Indië, zonder zeevaart en visserij kon geen eiland bestaan. De eilander ‘talen’ zijn verwant (zo wordt aan het Aasters aandacht besteed). De folklore kent overeenkomsten. De aanleg van de bossen maakt op alle eilanden deel uit van één proces. Opvallend is de aanwezigheid van veel doopsgezinden op de eilanden. De rol van kerken en kloosters is bepalend voor de Waddengeschiedenis. Veranderingen van het landschap voltrekken zich hier sneller dan elders. Willem Barendsz en Willem de Vlamingh komen aan bod. De betekenis van onze nationale defensie is en was groot. Meer dan elders vindt en vond men er kunstenaars van allerlei soort. Wie kent Sil de Strandjutter niet?
Doedens en Houter hebben overlegd met tal van kenners van de eilanden zelf (ook met ’t Behouden Huys, Hille van Dieren en Frans Schot) om een evenwichtig beeld te scheppen.