Dechentreiter-machine

door Piet Kooijman. Uit SML jaargang 36 № 2. 2015

De teskmesyn, ja, zo heet een dorsmachine in het Aasters. De nu nog in bedrijf zijnde machine van de toenmalige Aaster dorsvereniging Eendracht maakt macht verwerkte de graanoogst van de meeste boeren van Lies, Hoorn en Oosterend.

De Dechentreiter-machine stamt uit eind jaren vijftig van de vorige eeuw.

Dechentreiter dorsmachine. Collectie Piet Kooijman.

De oude machine R. Wolf gaf de geest bij Sil Buren. Er liep een lager vast, einde verhaal. De andere dorsmachine, de Baumann van de vereniging De Vooruitgang, hielp toen de rest van de boeren die nog aan bod moesten komen met dorsen.

Om West was ook nog een machine van boeren, deze vereniging heette ‘Helpt elkander’ en voor de kleine boeren was er nog Gerrit Haan van Striep. 

Maar voor de R. Wolf moest dus een nieuwe machine komen. Mijn vader, Jan Kooijman, zat toen in het bestuur voor Lies (P. Cupido voor Hoorn en P. Smit voor Oosterend) en ik herinner me dat er toentertijd diverse folders bij ons op tafel lagen.

Men wilde graag weer zo’n zelfde kaliber machine aanschaffen. Die was echter duur en de boerenleden hadden niet zo veel geld. Bovendien was de rente bij een lening van de bank hoog. Maar gelukkig was Jauk Zorgdrager (die woonde in het huis waarin Cees en Loes India nu wonen), oud-gezagvoerder, bereid tegen een lagere rente geld te verstrekken. Zodoende kon toch nog deze duurdere Dechentreiter in het laatst van de jaren vijftig aangeschaft worden.

De oude R. Wolf dorste in de oorlogsjaren het graan dat de boeren bij de Duitse bezetter moesten inleveren opnieuw schoon. Dit lag opgeslagen in de schuur van Bonne in Formerum, waar nu de familie Du Bois woont. De Duitsers hebben de machine toen wel min of meer om zeep gebracht. Hij liep vaak vast (smoorde) in lang roggestro en niet goed droge haver. Zodoende was men lange tijd bezig met dorsen. 

In de oorlog kon men niet aan dieselolie komen, maar gelukkig had M. Rijf een motor op benzine (waar dat vandaan kwam, weet ik niet) en zodoende kon de boel toch draaiende gehouden worden. De oude R. Wolf verhuisde naar de plaats waar nu al meer dan vijftig jaar onze woning staat…. tot de jeugd van toen hem op oudejaarsavond (sleepnacht) op transport meenam naar De Groene Weide. Onderweg werden er diverse hekken enz. opgeladen. Ja, Eendracht maakt macht! Waar hij toen is gebleven weet ik niet, misschien wel ter plaatse gesloopt. Er werden toen dus ook wel eens streken uitgehaald. Of heeft iemand misschien nog een hekje van de wielen?

De dorsmachine bij de boerderij in de Noordhoek te Lies 13. Foto Piet Kooijman.

Maar ik had het over de Dechentreiter, zie bijgaande foto die in 1962 bij ons (waar nu Jinny en Arjen wonen) op het erf gemaakt is. De Bernard dieselmotor voor de aandrijving staat er nog bij. Soms een onding om aan de praat te krijgen. Ja, zwengelen (draaien) tot hij pakte. Maar hij was natuurlijk ook koud ’s morgens vroeg. Later kwam er iemand op het heldere idee om het koelwater eruit te halen en een paar ketels heet water in zijn buik te gieten voor opwarming en dat hielp. Menigeen heeft zich het laplazarus gedraaid aan dat ding.

Mijn vader was op 27 oktober jarig en dan gebeurde het wel eens dat de vlag op de dorsmachine stond. Op de andere foto vier, soms wel zes grote ‘schonen’. In het Nederlands bulten, (mijten) van diverse graanschoven: haver, rogge en gerst. Zo’n ‘schone’ in het rond opzetten met de korenaren naar het midden was nog een hele kunst. Er was ook iemand wiens schone wat scheef ging, hij riep: St .. st .. stut hem, maar doordat hij stotterde lag de boel al om voordat hij de woorden had uitgesproken. 

Vermeld kan ook nog worden dat men de broek vaak achterstevoren aan had (juist, de gulp op de kont) om de knieën te sparen. Ja, ze waren toen ‘sunig’.

Een ander leuk voorval was het volgende: de gebroeders Schaap in Oosterend hadden een ‘Spar’winkel en waren tevens boer. Nu kon men niet altijd bij de winkel zijn want bij goed weer had het graan voorrang. Tjeerd plakte een briefje op de deur met daarop de tekst Ik zit op de schone. Schilder Jan Stada sr. zette toen hij daar langs kwam twee puntjes op de o, toen stond er schöne en dat was de achternaam van een mevrouw die toen aan de duinrand in Hoorn woonde.

Als boerenzoons moesten we in onze schoolvakantie vier à vijf weken koren binden. Hessel Smit, ook een boer uit Lies, zei als de laatste schoof gezicht was: Zo, daar hebben we nu de hele zomer om gezocht.

Hij is sò droeg as Sinterklaas syn kloatsek.

Hessel had soms meer mooie uitspraken. Bij de dorsmachine vergat men soms wel om de lagers te smeren. Hij zei toen: Hij is sò droeg as Sinterklaas syn kloatsek. Hij dacht the old man.

U wilt nog zo’n mooie, nou hier komt er nog één. Er waren in onze jeugd ook wel mooie, schaars geklede jongedames. Hessel sprak toen Wij salle het mar bij ons eigen sleedsje houe. Ja, tegenwoordig noemen ze dat een Neitinkerke. Maar ik dwaal wel ver weg van de dorsmachine.

Toch wel jammer, ook voor moeder de vrouw, dat de dorsmachine niet meer kwam, want één keer per jaar werd ze gewogen op de bascule. Soms was ze nogal gegroeid, maar dan had iemand stiekem z’n voet er achterop gezet en gaf hij teveel aan. Do smoalap werd er dan gezegd. Ja, nu hebben we weegschalen met wel twee cijfers achter de komma.

Foto Piet Kooijman.

In de jaren zestig/zeventig van de vorige eeuw werd besloten, onder andere door toedoen van landbouwleraar Sixma, dat de graanteelt moest worden beëindigd. Kostte teveel tijd. Zodoende werd bouwland grasland en dus was de dorsmachine overcompleet. Jarenlang stond hij min of meer als grofvuil op de Tiger in een bunker.

Wat mot dat ding, stek hem ien de brân

Hier stonden ook diverse werktuigen van de Gemeente Terschelling, onder andere sneeuwschuivers, geparkeerd en eigenlijk stond de dorsmachine onder de poaten (in de weg). Onze gemeentechef Klaas Bierman zei op een goeie (kwade) dag: Wat mot dat ding, stek hem ien de brân en we verkopen de rest, het oud ijzer, voor onze reisspaarpot. Gelukkig waren er een paar Aaster ex-boeren die hem van dat plan weerhielden. 

Zo bleef de dorsmachine gespaard voor de ondergang en weer hersteld en draaiende gemaakt.

The end